Pijprokers op antieke tegels


Met de ontdekking van Amerika door Columbus in 1492 begint in Europa de geschiedenis van de tabak en het pijproken. De echte doorbraak van het roken van tabak dateert echter pas van na de 2e helft van de 16e eeuw toen vooral scheepslui begonnen met het roken van tabak met pijpen, al snel gevolgd door mensen uit de stad.
Rond 1575 startte in Engeland de eerste pijpennijverheid, het maken van pijpen van klei via een pijpenmal. Engelse soldaten, door Holland ingehuurd om in de 80-jarige oorlog tegen de spanjaarden te vechten, hebben aan het begin van de 17e eeuw in ons land de eerste pijpenfabriekjes opgezet. Omdat  tabak in die tijd nog erg duur was, waren de kopjes van de kleipijpen in de 17e eeuw nog erg klein. Later toen de prijzen van tabak daalden, ging men de kop van de pijp steeds forser uitvoeren waardoor men langer van een pijp tabak kon genieten.

Tegel met een pijprokende turkse man.
1e helft 17e eeuw

Kwadraattegel met een pijprokende man. Omstreeks 1600.


Fotoalbum: Pijprokers 17e eeuw (1)


Fotoalbum: Pijprokers 17e eeuw (2)


Fotoalbum: Pijprokers 17e eeuw (3)


Fotoalbum: Pijprokers 17e eeuw (4)


Majolicaschotel met de voorstelling van een pijprokende putti. 
Diameter 23 cm. Datering: 1630-1640. Particuliere collectie.


Pijprokers op polychrome majolicaschotels. 17e/18e eeuw


Tabakspotten. 18e/19e eeuw 


Fotoalbum: Pijprokers 18e t/m 20e eeuw


Pijprokers op kleipijpen

Het kan natuurlijk ook niet anders dat er door de Goudse pijpenmakers op kleipijpen afbeeldingen werden gezet van pijprokende mensen. Vooral in de loop van de 18e eeuw was dat heel populair. Een klein overzicht van pijprokers op kleipijpen wordt hieronder getoond, maar er is veel meer gemaakt.

Vijf kleipijpen met de voorstelling van een rokende manen in een kan en op een stoel.  Omstreeks 1730-1750.